Docent van het Jaar wil studenten laten bijdragen aan een betere wereld

Het ComeniusNetwerk 30-11-2021
745 keer bekeken 0 reacties

Docent van het Jaar 2020 Johanna Höffken zoekt met haar studenten naar oplossingen voor internationale en lokale uitdagingen: responsible innovations. Voor goed onderwijs moet je volgens haar bij de inhoud beginnen, niet per definitie bij de student. ‘Ik wil zelf van mijn onderwijs houden.’

Al voordat ze de titel Docent van het Jaar mocht dragen ontving Höffken verschillende prijzen voor haar onderwijs. Sinds 2018 werkt ze als universitair docent Innovation Science aan de Eindhoven University of Technology (TU/e). Daar doet ze onderzoek naar de sociale, culturele en politieke dilemma’s rondom technologische innovaties. Ze is onderzoeker, maar ook een typische docent: ‘Ik praat maar door hoor’, zegt ze lachend.

Ontstaan uit een dipje

‘Eigenlijk is de leerlijn ontstaan in een periode dat ik iets minder voldoening haalde uit het lesgeven,’ biecht Höffken op. ‘We moeten als docenten vaak zo veel informatie en vaardigheden in korte tijd in de studenten proppen. Dat voelt soms alsof je een kalkoen vult voor het kerstdiner.’

Ze merkte dat ze meer tijd wilde voor de inhoud. Bovendien had ze het knagende gevoel dat ze met haar onderwijs meer zou moeten bijdragen aan maatschappelijke problemen. Daarvoor wilde ze samenwerken met bedrijven en organisaties, om studenten te laten werken aan vraagstukken uit en voor de praktijk.

‘We ontwikkelen niet de volgende pizza-app.’

Ze zag de kans de User Society Enterprise (USE) learning lines van de TU/e te gebruiken om iets met die sluimerende ideeën te doen. Elke bachelorstudent kan een van deze USE-leerlijnen kiezen. In de leerlijn van Höffken, getiteld Responsible Innovation for the World, volgen studenten uit verschillende disciplines drie blokken lang college en werken ze samen aan concrete eindproducten. De leerlijn was een verademing voor Höffken. ‘Opeens had ik drie kwartalen de tijd met een groep studenten. Dan krijg je veel meer voor elkaar.’

Niet innoveren om het innoveren

Dankzij de leerlijn kon ze een diepgravend vak maken rondom responsible innovation. Studenten zoeken naar maatschappelijk verantwoorde oplossingen voor vraagstukken van bedrijven en organisaties. De oplossingen moeten goed zijn voor de wereld. ‘Het gaat niet om innovation for the sake of innovation’, legt Höffken uit. ‘We ontwikkelen niet de volgende pizza-app. Ik probeer studenten te leren nadenken over wat ze wel of niet willen innoveren en waarom.’  

De oplossingen zijn een antwoord op maatschappelijke uitdagingen zoals energievoorziening, landbouw of armoede. Betrokken organisaties leggen vraagstukken voor aan de groep. Zo was CordAid op zoek naar een plan voor pesticidevrije landbouw in Afrikaanse gebieden; de gemeente Eindhoven vroeg om een verbeterplan voor een wijk in de stad en een paar jaar geleden maakte een groep studenten een machine om microplastics in de rivieren te kunnnen opsporen.

‘Het vak is zelf een ‘responsible innovation’ geworden’

Het was niet zo dat het vak er van de een op de andere dag stond, vertelt Höffken. ‘Ik moest eerst allerlei mensen aan boord krijgen. Dat kostte veel tijd en overtuigingskracht. Ik wilde natuurlijk samenwerken met organisaties die ook echt aan duurzame oplossingen willen werken.’ Ze werkt zowel samen met organisaties uit de publieke sector als met NGO’s en bedrijven. Inmiddels draait de leerlijn vier jaar en het wordt alleen maar beter, vindt Höffken. ‘Het vak is eigenlijk ook een responsible innovation geworden: het leert van zichzelf.’

Reflaction

Het belangrijkst vindt Höffken dat studenten goed nadenken over wat ze doen en waarom. Reflaction, noemt ze dat: een combinatie van reflection en action. ‘Bij reflection gaat het om vragen als ‘Voor welke problemen zoeken we oplossingen? En zijn die innovaties goed voor de wereld of alleen voor the few?’, legt Höffken uit. ‘Ze gaan uiteindelijk echt iets maken of bouwen, maar ze moeten ook de grote ideeën en keuzes erachter begrijpen.’

‘Ik laat ze soms echt pittige, kritische literatuur lezen.’

Een groot deel van de leerlijn heeft ze daarom gereserveerd voor de bespreking van theorie. ‘Ik laat ze soms echt pittige, kritische literatuur lezen. Het is prachtig als ik dan zie dat studenten het begrepen hebben: dat de puzzelstukjes op hun plek vallen en dat ze echt om de inhoud gaan geven. Er zijn aan het einde weleens studenten naar me toe gekomen die zeiden: ‘Het gaat me niet meer om het cijfer dat ik krijg, maar om wat we aan het maken zijn.’ Ze willen dat hun project echt iets bijdraagt aan een betere wereld.’

Haar colleges richt Höffken ook in als een combinatie van actie en reflectie. ‘We starten elke les met een power hour waarin ik theoretische en praktische input geef. Daarna gaan de groepjes drie uur lang werken aan hun projecten en krijgen ze tussendoor feedback. Aan het einde komen we weer samen voor de-briefing, waarbij we aandachtspunten of ideeën bespreken die voor iedereen relevant zijn. Die opzet kan ik iedereen aanraden als je de tijd ervoor hebt. Het werkt perfect.’

Docent van het Jaar

Naar eigen zeggen gelooft Höffken niet zo in disciplines. ‘Veel van onze opdrachten zijn technisch van aard, maar er zitten ook altijd sociale aspecten in. Studenten van alle opleidingen kunnen meedoen. Als je een app moet maken, maar je weet niet hoe dat werkt, zeg ik: ga het maar leren.’

Voor dat multidisciplinaire karakter van haar onderwijs werd Höffken geprezen door de jury van de Docent van het Jaar Verkiezing. Maar het programma kwam niet tot stand met een afvinklijst van punten waar goed onderwijs aan moet voldoen, benadrukt Höffken. ‘Dat zou de leerlijn geen rechtdoen. Het gaat mij niet om de methode, maar om de inhoud, die moet mij boeien.’

‘Ik begon niet bij de student, maar bij mijzelf.’

Dat betekent volgens haar niet dat je bij het ontwikkelen van een vak alleen de student centraal hoeft te stellen, zoals soms verondersteld wordt. ‘Zo werkt het bij mij niet. Ik begon niet bij de student, maar bij mijzelf. Ik wil door mijn werk bijdragen aan een betere wereld – dat was het uitgangspunt voor dit vak. Daarvoor hebben we mensen nodig die kritisch denken, tot genuanceerde analyses komen en hun acties onderbouwen. En die betere wereld willen de meeste studenten ook.’

Meer informatie over de leerlijn ‘Responsible Innovation’ vind je op de website van de TU/e.


Johanna Höffken

Johanna Höffken won in 2015, 2017 en 2020 de facultaire prijs voor beste docent. In 2019 was ze beste docent van de TU/e en in 2020 werd ze de landelijke Docent van het Jaar. De Docent van het Jaar Verkiezing wordt jaarlijks georganiseerd door het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO).

Als Docent van het Jaar kreeg Höffken onder meer een erezetel in het bestuur van het ComeniusNetwerk. ‘Het was ontzettend leerzaam voor mij om andere docenten te ontmoeten en bezig te zijn met grotere beleidsvragen in het onderwijs, zoals rondom studentenwelzijn in coronatijd. Ik besef nog steeds niet helemaal dat ik Docent van het Jaar ben geworden. Het is een grote eer om zo’n landelijke prijs te krijgen en nog meer mensen kennis te kunnen laten maken met mijn onderwijs.’

 

Afbeeldingen

Reageren

X (voorheen Twitter)

Anti spam controle

We gebruiken CAPTCHA als controlemiddel om spam tegen te houden. Vink de checkbox aan om door te gaan. Mogelijk wordt er gevraagd om bepaalde afbeeldingen te selecteren.
 
Een momentje...
Cookie-instellingen