‘Ik krijg weleens de vraag waar ik over vijf jaar wil staan. (Met een glimlach.) Daar word ik zenuwachtig van, want ik weet niet eens waar ik morgen wil staan. Ik word niet gedreven door verre, ambitieuze doelen, maar door specifieke waarden en interesses. Wat me fascineert is hoe mensen leren. In dat proces wil ik iets betekenen en dat kan op allerlei manieren. Mijn carrièrepad is dan ook kronkelig geweest. Van een onafgemaakte lerarenopleiding en pabo (wel interessant, niet mijn doelgroep) via muziek maken naar een bachelor Geschiedenis en master American Studies. In 2006 kwam ik als historicus bij het Instituut voor Recht van de Hogeschool Utrecht. Op het eerste gezicht een verrassende match, maar ik heb me er volop kunnen ontwikkelen en werk hier nog altijd met heel veel plezier.’
Onzekerheid in het leerproces
‘Hoewel ik bij het Instituut voor Recht begon met weinig juridische vakkennis en onderwijservaring, vond ik lesgeven meteen prachtig. Ik leerde zelf veel en de studenten gelukkig ook. Geleidelijk kreeg ik meer grip op de inhoud. Ik ben van nature onderzoekend en ging in deeltijd promoveren. Daarnaast gaf ik steeds meer onderzoeksvakken. Ook werd ik verantwoordelijk voor de onderzoekslijn in de opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening (SJD). Mijn interesse verschoof meer en meer van de vakinhoud naar het proces. Tijdens mijn promotietraject en in mijn eerste jaren als docent ervoer ik vaak onzekerheid en hetzelfde zag ik bij studenten. Sommigen doorliepen de hele opleiding vlot, maar kwamen bij het afstuderen plotseling in de knel. Waarom is die onzekerheid zo frustrerend, vroeg ik me af. Waar komt het vandaan, wanneer is het te veel en wanneer is het functioneel? In het lectoraat Onderzoekend Vermogen bestudeer ik sindsdien de rol van onzekerheid in het leerproces. Momenteel zelfs internationaal, met vijf Europese partners. Bij het Teaching & Learning Network van de HU train en coach ik ook collega’s in dit thema. Het vergt wel wat moed om onzekerheid in het leertraject toe te laten, zowel voor studenten als voor docenten.’
‘Hoe uiteenlopend mijn rollen ook zijn, ze verenigen zich allemaal in mij. Ik ben mijn eigen instrument en mijn diepgewortelde wens is om het leren bij anderen te faciliteren.’
Afstudeertoolkit met en voor studenten
‘Met een Teaching Fellowbeurs van het Comeniusprogramma konden we een jaar of vier geleden de inzichten uit ons onderzoek vertalen naar een praktische afstudeertoolkit voor studenten. Die maakten we samen met afstudeerders van de opleiding SJD. De toolkit bestaat uit een boekje en een website die vertrekken bij zes triggers van onzekerheid. Het oordeel van een docent kan bijvoorbeeld onzekerheid oproepen, maar de vrijheid die je krijgt in een onderzoek ook. De tools sluiten daarop aan en zijn heel divers: ze helpen afstudeerstudenten onder andere bij plannen, reflecteren en jezelf activeren. We spreken in de toolkit over ‘veilige onzekerheid’, want veiligheid is noodzakelijk om onzekerheid te kunnen toelaten in het leerproces.’
Een stukje meewandelen
‘Als iemand begint aan een studie ga ik ervan uit dat hij nieuwsgierig is, het avontuur opzoekt, een vak wil leren. Natuurlijk komen er ook tijdsdruk, prestatieverwachtingen en extrinsieke motivatie bij kijken, maar ik denk dat elke student de wil heeft om zich te ontwikkelen. Ik vind het heerlijk om dat aan te boren en het is goud als dat af en toe lukt. “Waarom ben je hier?”, vraag ik studenten. “Natuurlijk moet je dat tentamen halen, maar wat wil je zelf graag leren?” In mijn achterhoofd is altijd die iconische docent van vroeger aanwezig die me aanmoedigde, geduldig kon zijn, maar ook streng als dat moest. Studenten leggen een eigen route af en ik wandel graag een stuk met ze mee. Ze zijn zelf verantwoordelijk en kunnen mij inzetten. Ik ben nieuwsgierig hoe ze naar het landschap van hun ontwikkeling kijken en misschien kan ik ze af en toe wijzen op iets dat ze zelf niet opmerken. Dat gaat twee kanten op; ik denk om de haverklap bij studenten: wat knap! “Je traint een voetbalteam, hoe doe je dat?” Of: “Je bent teamleider bij Albert Heijn, vertel daar eens over.” Onlangs werd ik door studenten genomineerd voor de verkiezing van de docent van het jaar. (Relativerend.) Ik ben het natuurlijk niet geworden, maar de nominatie vond ik geweldig. In hoe ze me beschreven herkende ik mezelf en wat ik belangrijk vind in het onderwijs.’
Verbinding zoeken
‘Ik zorg graag voor verbinding: tussen onderzoek en onderwijs, maar ook tussen professionals en opleidingen. In het Teaching & Learning Network van de HU ben ik betrokken bij twee clusters: Onderwijskundig leiderschap, waarin ik veranderprocessen in opleidingen begeleid en Onderwijs uitvoeren, dat zich bezighoudt met docentprofessionalisering. Het is inspirerend om anderen te horen praten over hun manier van werken, hun vakkennis. Ik kan echt onder de indruk zijn van hoe collega’s dingen aanpakken. Daarnaast ben ik verbonden aan het ComeniusNetwerk. Ik heb inspirerende bijeenkomsten bezocht en ben als reviewer bij nieuwe projectaanvragen betrokken geweest. Zo kan ik niet alleen iets terug doen voor de Comeniusgemeenschap, ik neem wat ik hiervan leer ook weer mee naar mijn collega’s in het Instituut voor Recht en het lectoraat Onderzoekend Vermogen.’
Veel petten, één hoofd
‘Het zal intussen duidelijk zijn dat ik binnen de HU veel verschillende rollen vervul: ik ben hoofddocent, vakdocent, afstudeercoördinator, adviseur, coach, trainer en onderzoeker. Die rollen verhouden zich op allerlei manieren tot elkaar. Soms versterken ze elkaar, soms lopen ze in elkaar over, soms botsen ze. In een onderzoek kan ik bijvoorbeeld niet zomaar mijn coachingpet opzetten, ook al grijpt het verhaal van een student die aan het onderzoek meedoet me aan. Hoe uiteenlopend de rollen ook zijn, ze verenigen zich allemaal in mij. Ik ben mijn eigen instrument en mijn diepgewortelde wens is om het leren bij anderen te faciliteren. Het hoger onderwijs is voor mij de perfecte plek om dat te doen, want je kan je er voortdurend opnieuw uitvinden. Het is in die zin echt een soort snoepwinkel. Ik kan niet voor anderen spreken, maar zo ervaar ik het. Misschien omdat ik die autonomie zo belangrijk vind. Ik moet nieuwe stappen weliswaar zelf initiëren en mijn doelen afstemmen op de ambities en vragen van de organisatie, maar ik heb in mijn werk nooit voor een rood licht gestaan. De reactie is eerder: “Interessant. Fijn dat je gemotiveerd bent!” Het enige nadeel van een snoepwinkel is dat als je te gulzig bent, je kan rekenen op buikpijn. Dat blijft voor mij een evenwichtsoefening: fases van divergeren (nieuwe avonturen aangaan) en fases van convergeren (focussen) wisselen elkaar af. Ik zit nu in een periode dat ik keuzes moet maken, zodat ik de taken die overblijven de aandacht kan geven die ze verdienen.’
Profiel
Naam |
Stijn Bollinger |
Functie |
Hoofddocent en senior onderzoeker |
Instelling |
Hogeschool Utrecht |
Opleiding |
Voltijdopleiding Sociaal Juridische Dienstverlening (SJD) en de juridische deeltijdopleidingen HBORechten, SJD en Gerechtsdeurwaarder |
Werkzaam in hoger onderwijs |
19 jaar (waarvan 16 als docent) |
Totale aanstelling |
1,0 fte |
Tijd voor onderwijstaken |
Ongeveer 50% |
Andere taken |
Afstudeercoördinatie van de voltijdopleiding SJD en coördinatie van de onderzoekslijn in het SJDcurriculum, onderzoeker bij het lectoraat Onderzoekend Vermogen, adviseur, trainer en coach voor het Teaching &Learning Network van de HU |
Relatie met het ComeniusNetwerk |
Maakte in 2018-2019 met een Teacher Fellowbeurs een Afstudeertoolkit voor omgaan met onzekerheid (met en voor studenten); reviewer van beursaanvragen |
Dit portret is onderdeel van de reeks van tien portretten in de publicatie 'Gedreven door onderwijs - Tien portretten van bevlogen docenten in het hoger onderwijs’. De publicatie is te downloaden in het Nederlands en in het Engels. Het boek is tot stand gekomen door leden van de circle Duurzaam Docentschap van het ComeniusNetwerk.