Een stem geven aan elke student

17-10-2023
685 keer bekeken

In de rubriek TROTS vieren we het onderwijs door elke maand met een andere onderwijsvernieuwer stil te staan bij een betekenisvolle onderwijsprestatie. Deze maand zet Renske Bouwer een creatieve schrijfklas in de kijker.

Academisch schrijven is voor veel studenten een uitdaging, maar de wil om het te leren is in elke student aanwezig. Daar is Renske Bouwer, universitair docent Taal & Educatie, van overtuigd. Aan de Universiteit Utrecht brengt ze schrijfonderzoek en -onderwijs samen in toegepaste, interdisciplinaire projecten, met als recent en speels hoogtepunt: de Schrijfklas.

De Schrijfklas

Op tafel ligt een knalgeel magazine in A4-formaat, met de titel All Write: Hoe schrijfklasleerlingen in slechts een jaar tot ware woordkunstenaars opbloeiden. Renske bladert er opgetogen doorheen. "Kijk, een historisch verhaal. En hier een lijstgedicht. Er staan zelfs zomerschrijftips in!" De uitgave is het werk van zeven bachelorstudenten Nederlands die in academiejaar 2022-2023 elke maandagavond schrijfles kregen van verschillende (gast)docenten. Academisch schrijven werd afgewisseld met creatieve genres. Het doel van deze pilot: studenten helpen hun eigen stem en schrijfproces te ontwikkelen, met de verwachting dat dat ook hun wetenschappelijk schrijven stimuleert.

Een eigen stem vinden

"Een van de dingen die studenten taai vinden aan academisch schrijven, is dat ze weinig ruimte voelen om iets van zichzelf in een tekst te leggen," vertelt Renske. "De conventies lijken alle eigenheid te verdringen en nemen het schrijfplezier weg." In de Schrijfklas werd de eigenheid juist gestimuleerd met creatieve opdrachten. De deelnemers maakten bovendien kennis met conventies van verschillende genres en pikten van elk genre wel iets mee dat hun eigen stem verrijkte en toepasbaar bleek op academisch schrijven. In het blok over poëzie leerden ze bijvoorbeeld nauwkeurig om te gaan met de betekenis van woorden, een zorgvuldigheid die ook in wetenschappelijke communicatie noodzakelijk is. Voor het schrijven van een historisch verhaal deden ze bronnenonderzoek en leerden ze meer over de relatie tussen feiten en verbeelding. Wetenschapsjournalistiek toonde juist hoe je wetenschappelijke bevindingen toegankelijk maakt voor een breder publiek.

Ze willen en kunnen het wél

Een andere manier waarop deelnemers van de Schrijfklas hun stem konden laten horen, was door suggesties te doen voor de lesinhoud. Dat leverde verrassende verzoeken op, zoals een extra les over citeren en refereren, iets waarvan het docentteam had verwacht dat studenten er liefst zelfstandig aan werkten. "We hebben leuke oefeningen bedacht en merkten dat de inhoud echt binnenkwam. Ik weet zeker dat dat anders was geweest als ik vooraf had aangekondigd dat les vijf over referenties zou gaan," vertelt Renske. Ook van taalcorrectheid en eindredactie zien studenten het belang in. En dat terwijl er vaak over de taalvaardigheid van studenten wordt gemopperd. "Ik hoor dan 'ze willen het niet, ze kunnen het niet'." Renske pakt het magazine er weer bij: "Maar hier zijn ze zes keer doorheen gegaan om taalfouten te corrigeren. Studenten willen en kunnen het dus wél." Hoe ze die inzet verklaart? "Dit is hun eigen initiatief, de kroon op een jaar hard werken en ze weten dat het gelezen gaat worden. Hun teksten zijn tastbaar en relevant."

"Ik geloof dat iedereen mijn vakken kan halen. Niet omdat de lat laag ligt, maar omdat ik veel persoonlijke aandacht geef en veel terugverwacht."

Schrijven relevant maken (ook voor grote groepen)

Ruimte voor eigenheid dus. Hoe haalbaar is dat bij grotere groepen en verplichte (schrijf)vakken? "Ik pas in al mijn vakken principes uit de Schrijfklas toe," zegt Renske. Zo maken studenten aan het begin van haar cursus Schrijven, Redeneren en Presenteren bij Communicatie- en Informatiewetenschappen een quiz ‘Welk type schrijver ben jij?’ en koppelen ze eigen leerdoelen aan de uitslag. Door het schrijven meteen persoonlijk te maken en studenten invloed te geven op hun ontwikkeling, raken ze betrokken. Ook in het verdere proces geeft Renske studenten veel regie. Zo stimuleert ze uitwisseling, laat ze studenten samenwerken in korte, schrijfdrempelverlagende opdrachten en grotendeels zelf bepalen waar ze feedback op krijgen en hoe. "Ik geloof dat iedereen mijn vakken kan halen," zegt Renske ferm. "Niet omdat de lat laag ligt, maar omdat ik veel persoonlijke aandacht geef en veel terugverwacht." Welk type docent dat haar maakt? Ze lacht: "Ik las een keer de term ‘warm and demanding’ en daar herken ik me in."

Vervolg(onderzoek) en schrijftraject

Hoe nu verder? Wordt het knalgele magazine de eerste uitgave van een reeks? "Er komt nu een schrijftraject voor alle studenten Nederlands," vertelt Renske, "met masterclasses over academisch schrijven en facultatieve lessen creatief schrijven, verdeeld over de drie bachelorjaren. Studenten maken een schrijfportfolio waarin ze door de hele opleiding heen reflecteren op hun werk. Er komt een schrijfwerkplaats (show up and write) en ze voeren feedbackgesprekken over teksten onder leiding van feedbackambassadeurs."

"Al mijn onderwijs is evidence informed en ik laat de grilligheid van realistische onderwijssettings toe in mijn onderzoek. Wat andere onderzoekers als ruis zien, zie ik als waardevolle informatie."

Ze vervolgt: "Ook willen we de vakdocenten meer bij de lessen betrekken." Om diezelfde vakdocenten houvast te geven in hun lees- en schrijfonderwijs start ze dit jaar met een meerjarig interfacultair project, gefinancierd door Utrecht Stimuleringsfonds Onderwijs. Het moet een online routekaart opleveren met materialen en interventies in het leertraject voor academisch schrijven. Want onderwijs en onderzoek gaan bij Renske altijd hand in hand. "Al mijn onderwijs is evidence informed en ik laat de grilligheid van realistische onderwijssettings toe in mijn onderzoek. Wat andere onderzoekers als ruis zien, zie ik als waardevolle informatie."

Trots als de ander schittert

Terug naar de trots: waar werd die in de Schrijfklas het meest door opgeroepen? Renske heeft daarover nagedacht: "Wat ik zo mooi vind aan dit magazine is dat eruit blijkt dat de studenten zich het schrijven echt eigen gemaakt hebben. Dat soort gelegenheden, waarin de ander laat horen of zien wat ze heeft geleerd, vind ik waardevol. Ik creëer bewust dat soort momenten, bijvoorbeeld door een afsluitend symposium te organiseren na een project, waarin ik de betrokkenen het woord geef. Ik kan dan zien of de zaadjes die ik wilde planten zijn ontkiemd. Zelfs als dat niet zo is, is dat leerzaam." Wil ze dan niet zelf het podium en de eervolle vermelding? "Dat doet me natuurlijk ook goed," lacht ze, "maar ik wil vooral dat mijn werk invloed heeft op anderen. Ik wil een soort influencer zijn. En als de ander dan schittert, sta ik aan de zijlijn te juichen."

Meer lezen over het meerjarig interfacultair project: https://teaching-and-learning-collection.sites.uu.nl/project/promoting-the-reading-writing-nexus-how-teachers-can-guide-students-in-becoming-academic-writers-across-the-curriculum/

De Schrijfmachine: https://academischschrijven.nl/ 

Profiel

Naam Renske Bouwer
Functie Universitair docent Taal & Educatie
Instelling Universiteit Utrecht
Afdeling Geesteswetenschappen
Werkzaam in hoger onderwijs 15 jaar
Tijd voor onderwijstaken 0,6 fte
Relatie met het ComeniusNetwerk Ontving in 2020 een Comenius Teaching Fellowbeurs voor de ontwikkeling van het digitale platform de Schrijfmachine.
Gekozen onderwijsprestatie de Schrijfklas (een schrijfspeeltuin voor studenten en docenten).

 

Dit portret is onderdeel van de reeks van portretten in de rubriek TROTS.

Klik hier om de andere portretten te bekijken

Maandelijks publiceren we een bijzonder portret op onze LinkedIn met bijpassend beeld. De rubriek is tot stand gekomen met hulp van Anouk Huisman (ComeniusNetwerk), de woordkunsten van portretschrijver Elske van Lonkhuijzen en tot leven gebracht met de illustraties van Bewegend Wild.

Afbeeldingen

Cookie-instellingen